Espresso bereiden

Banner image

Bereiding Espresso

Read More

BENODIGDHEDEN

Benodigdheden

– Espressomachine
– Shotglaasje
– Keukenpapier
– Coffeetool
Bonenmaler
– Doekjes
– Suiker
– Koffiebonen
– Voorverwarmde kopjes
– Schone filterdragers
– Tamper

DOSERING

1-kops: ongeveer 7 tot 9 gram

2-kops: ongeveer 14 gram

VOORBEREIDING

1. Controleer of de hopper van de bonenmaler schoon zijn. Verwijder eventueel koffie-oliën met een keukenrol.

2. Vul de hopper met koffiebonen.

3. Borstel de zetgroep met een speciale reinigingsborstel (bijvoorbeeld de Pällo Coffeetool) tijdens het spoelen van de zetgroep.

4. Haal de filterdrager uit de blindfilter-oplossing, spoel ze af en verwijder oude koffieaanslag met een schuurpad. Plaats de filterbakjes.

5. Zet met elke filterdrager een andere espresso (het ‘kruiden’ en verwarmen van de filterdrager). Hiermee haal je ook de laatste restjes gemalen koffie uit de malers en spoel je eventuele restanten van de blindfilteroplossing weg.

6. Test de extractie(tijden) met versgemalen espresso. Beoordeel of de espresso de volgende kenmerken heeft:
• stroperige uitloop in de vorm van een mousetail, vergelijkbaar met dunne honing of olie
• extractie wordt gehandhaafd gedurende 23-28 seconden voor 30-35 cc – controleer dit regelmatig met behulp van shotglas en timer
• hazelnootbruine, gesloten crèmelaag met een paar lichtere vlekjes (tijgerstrepen)
• crèmelaag is stevig en blijft gesloten (suikerproef)

7. Stel eventueel de bonenmaler bij of raadpleeg de troubleshooter.

8. Haal het stoompijpje uit het waterglas, blaas leeg, spoel af in een glas schoon water. Blaas leeg en veeg droog.

9. Controleer de melkvoorraad, -temperatuur (3-7ºC) en houdbaarheidsdata.

Bereiding

1. Zorg voor warme kopjes. Koude kopjes vooraf spoelen met heet water.

2. Zorg voor een schone en warme filterdrager.

3. Haal de filterdrager uit de zetgroep, spoel de zetgroep voor, maak de filterdrager schoon en droog.

4. Doseer genoeg gemalen koffie voor 1 of 2 shots.

5. Tik/klop de filterdrager op het werkblad om de koffie gelijkmatig over het filterbakje te verdelen.

6. Zorg ervoor dat de tamper droog is, zodat er geen koffie aan blijft kleven.

7. Druk de koffie met de tamper horizontaal aan. Zorg ervoor dat de koffie niet schuin gedrukt wordt.

8. Veeg eventuele koffierestjes met een vlakke hand van de filterdrager.

9. Spoel de groep voor en maak met een doekje het rooster droog.

10. Plaats de filterdrager met de koffie in de zetgroep en zet de espresso direct.

11. Controleer de kenmerken van de espresso (zie punt 6 van voorbereiding).

12. Serveer de espresso direct.

13. Reinig regelmatig de zetgroep(ring) met de Coffeetool.

14. Controleer regelmatig de extractie en -tijden met behulp van de timer en shotglaasje.